Allereerst hartelijk dank aan de insprekers en de mensen die per mail hun mening kenbaar hebben gemaakt over de plannen die nu voorliggen.
Hun inbreng hebben wij meegenomen in onze overwegingen en op sommige onderdelen zal ik verderop ingaan.
Het masterplan haven is vorig jaar vastgesteld, na een lang en intensief proces waar veel eilanders bij betrokken waren.
Voordat daadwerkelijk tot uitvoering en de daarbij horende planning en kostenraming kan worden overgegaan, is het noodzakelijk en logisch een aantal uitgangspunten en prioritering aan te geven.
Het College stelt een 7-tal uitgangspunten voor en wil van ons als raad weten of wij deze uitgangspunten onderschrijven.
Voor ons als PvdA is de eerste vraag die hierbij gesteld zou moeten worden: Wat zijn de echte knelpunten? Dus waar ervaren we de meeste problemen.
Wij denken dat de meeste eilanders dan gelijk over het haventerrein zullen beginnen.
Te weinig parkeerruimte, rommelig aanzicht, lange loopweg naar de snelboot.
Het College heeft een advies gevraagd aan BosTec een bureau gespecialiseerd in logistieke vraagstukken in de openbare ruimte.
Hier worden verschillende scenario’s uitgewerkt en een voorkeur gegeven aan scenario 2.
Nu moeten wij helaas zeggen, dat wat ons betreft het perfecte scenario er niet bij zit.
Misschien bestaat dat ook niet, maar wij denken dat er toch een betere indeling mogelijk is.
Het lijkt ons dat we het haventerrein niet voor 5 of 10 jaar aan gaan passen, maar eerder voor de komende 30 tot 50 jaar.
Onoverkomelijk vinden wij daarbij het verplaatsten van de terminal, richting de hoek van het haventerrein waar de snelboot afmeert.
De opstelstroken voor auto’s en fietsers voor de langzame boot, kunnen het beste in de hoek blijven waar ze nu zijn gesitueerd. Zo wordt er immers de kortste route over de WB kade genomen en dat leidt ons inziens tot de minste verkeersoverlast en gevaarlijke situaties.
Bussen, taxi’s en bagagebusjes van campings zouden voor de terminal moeten staan. Net als een Kiss & Ride zone.
2 vistenten op het haventerrein vinden wij meer dan genoeg en niet meer horeca. Mooi in de looproute en daarna het dorp in.
Geen uitgiftepunten voor fietshandelaren meer op het haventerrein. Het is een rommelige aanblik, er wordt op drukke tijden parkeerruimte ingenomen plus trottoir, De weg raakt verstopt met als gevolg onveilige situaties. De diverse verhuurders bieden tegen elkaar op met borden, vlaggen, verwijzingen enzovoort. Het schaadt het aanzicht van de haven, een uniek beeld dat ons visitekaartje is. Daarnaast is het oneerlijk tegenover andere fietsverhuurders om er een klein aantal een vergunning te geven.
De fietsverhuurders die al een pand hebben aan of vlakbij het haventerrein, hebben natuurlijk een voordeel door hun locatie. Wij vinden dit geen probleem. Soms is het niet anders en heeft iemand een voordeel door de locatie van zijn of haar bedrijf.
Het afzetten van een deel van het parkeerterrein tijdens Oerol en hoogseizoen voor fietsverhuur, vinden wij niet passen en onwenselijk. Dus wij zien graag dat dit daarvoor het laatste seizoen was.
We zijn erg benieuwd of er al vorderingen zijn op het gebied van een bagageafhandelingssysteem, waar Terschelling, Vlieland, Harlingen en de Provincie over spreken. Uiteraard samen met Rederij Doeksen die daar ook belang bij heeft. Kan de wethouder daar iets over zeggen?
Laten we, met het inrichten van het haventerrein, alvast rekening houden met een ander systeem in de toekomst. Dat dit dan gemakkelijk aan te passen is.
Ook heel belangrijk voor vele eilanders en het aanzicht van ons haventerrein, is een goede fietsenstalling voor eilanders bij de terminal. Dit zou echt een verbetering zijn en is velen een doorn in het oog.
De overgebleven ruimte kan geschikt worden gemaakt voor parkeren. Het parkeerbeleid wat daar moet gaan gelden, wordt wat de PvdA fractie betreft, gelijk in breder verband bekeken voor heel West.
Het voorstel om toeristen alleen op het haventerrein te laten parkeren, wanneer zij binnen een bepaalde tijd met de boot gaan, vinden wij sympathiek en zal verder uitgewerkt kunnen worden.
Eilanders zouden er zeker voor 2 dagen moeten kunnen parkeren.
Het langparkeerterrein zal hierdoor vanzelf aantrekkelijker worden voor bedrijven van de wal en toeristen. Als de bus daar dan ook nog stopt, is het helemaal mooi.
Langs de WB kade een zelfde beleid en in het dorp West alleen voor eilanders parkeren, kan hopelijk het één en ander oplossen dan wel verlichten.
We zijn benieuwd hoe dit opgepakt zal gaan worden. Graag zoveel mogelijk in samenspraak met de eilanders.
Het volgende punt, dat veel discussie en onrust heeft opgeleverd is een 2e losbrug.
Wij zijn het eens met de conclusie van het College, dat nut en noodzaak hiervan niet aangetoond is en willen dit idee dan ook laten varen.
Om ook de vrachtboot van rederij Waddentransport te laten laden en lossen aan de huidige brug, kunnen wij ondersteunen mits er van tevoren duidelijke afspraken worden gemaakt. Rederij Wadden Transport mag hiervan niet de dupe worden. Dus goed afspreken wat de regels zijn:
De VBZH noemt in haar mail dat er duidelijk omschreven moet worden wanneer er sprake van uitzonderlijk transport is en wat is incidenteel.
Wij hebben begrepen uit de stukken dat in principe alles via de reguliere afmeerinrichting moet, behalve wanneer dit door de afmetingen of gewicht van het transport niet mogelijk zou zijn.
Voor ons is dit specifiek genoeg. De afmetingen van de afmeerinrichting bepalen dit dus.
Verder moet mij van het hart dat wanneer er gesteld wordt in het gemeenteblad “dat de huidige doorvaartsituatie, op grond van bevindingen in het Marin rapport – onveilig wordt geacht.” Dit gebaseerd is op de afmetingen van de Noord Nederland en niet van de Terschellingerbank of andere schepen.
Breedte, lengte en diepgang alsook de voortstuwing van het schip, zijn van invloed op de gewenste breedte (en diepte) van het vaarwater.
Je kan niet zomaar de conclusies uit het Marin rapport, dat puur en alleen gebaseerd op de Noord Nederland, overnemen voor een ander schip met andere afmetingen en/of voortstuwing.
We begrijpen dat Rijkswaterstaat van plan is eind 2020, begin 2021 het concessiegebied te renoveren. Hieronder de damwanden en de afmeerinrichting van de veerboot.
Onze vraag aan de wethouder is of zij bij Rijkswaterstaat kan informeren of de afmeerinrichting versterkt kan worden, zodat er zwaarder materieel overheen kan. Of is dit niet nodig?
Wij komen daarop, omdat gesteld is dat zwaar materiaal nog achterin de haven gelost zou moeten worden. Dit is prima als het niet anders kan natuurlijk. Zo ook groot materiaal dat niet past over de autobrug. De PvdA vindt het niet nodig hiervoor een extra insteekhaven te maken. De kosten zijn flink daarvoor en die enkele keer dat zoiets voorkomt, is vooraf bekend. Zo kan er bij havendienst rekening mee gehouden worden en hoeft dit geen groot probleem te zijn voor het overige verkeer in de haven.
De eilander beroepsvaart zoveel mogelijk in de Kom vinden wij prima. Dit zijn niet zo heel veel meer schepen dan dat er nu liggen, als ik het goed heb? Wij zien daar geen extra natuurschade door ontstaan.
De Octans kan aan de werkhaven liggen hebben wij begrepen?
En de sloepen van de WBS bij de andere sloepen, zodat dit uitgebreid zou moeten worden?
Ook de museumreddingboten blijven een plek houden in die hoek.
Deze zaken zijn ons niet helemaal duidelijk. We missen dan ook wat duidelijke overzichtskaartjes bij de stukken.
Verder in de stukken, het voorstel om de damwand te vervangen door een glooiende helling. Hoe moeten we dit zien? Kost dit ligplaatsen voor de Bruine Vloot of een deel van het voetpad langs de haven?
Graag een uitleg hierover.
Wij vinden het op zich een goed voorstel dat kosten bespaart en een mooier aanzien van de Willem Barentszkade geeft.
Voor het aanpassen van de Willem Barentzskade zijn wij benieuwd of dit in zijn geheel opgehoogd gaat worden. De ventweg ligt nu een stuk hoger dan het voetpad. Wordt dit enigszins gelijk getrokken? Zeker met het oog op de zeespiegelstijging.
Ook vragen wij om te informeren naar een ondergrond onder de bestrating, die geluid en trillingen van verkeer kan dempen. Dit om het prettiger te maken voor de omwonenden.
Al de hiervoor genoemde punten vallen in het gemeenteblad onder de eerste drie punten van het voorstel.
De punten 4 t/m 7 zijn van financiële en economische aard.
Over de financiële randvoorwaarden, genoemd in het gemeenteblad het volgende:
Bij Punt 4 zien wij graag de toevoeging “zoveel mogelijk” ingepast. Dan wordt het: Haveninfrastructuur en –ruimte dienen zoveel mogelijk kostendekkend en volgens marktconforme tarieven te worden geëxploiteerd.
Dit omdat wij absoluut vinden dat je hiernaar moet streven, maar we het niet als een boemerang terug moeten krijgen. We blijven afhankelijk van een haven en wij kunnen ons dan ook voorstellen dat je de commerciële activiteiten en de pleziervaart kostendekkend wilt hebben, bij het gebruik van de werkhaven kan dit een probleem zijn en als we té duur worden, komen er minder schepen en krijg je ook minder binnen.
Punt 5 hebben wij moeite mee. Zoals wij het lezen, doen we alleen iets aan klimaatadaptatie als er subsidie voor komt. Er is al aangegeven dat dit waarschijnlijk niet zal gebeuren en dus gaan we er niets aan doen?
De Partij van de Arbeid wil graag dat hier nog eens goed naar gekeken wordt en desnoods gaan we er langzaamaan voor sparen. De zeespiegelstijging is een feit en we kunnen niet de bewoners daar maar mee laten zitten. Ook is het een beeldbepalend gebied voor het dorp West en daarmee voor ons hele eiland.
Kan het College dit voor het raadsbesluit wat anders omschrijven, zodat het niet lijkt alsof we de handen in de lucht gooien en zeggen: “tja geen subsidie. Sorry, maar jammer.”
Punt 6: Het toevoegen van economische activiteiten kan concurrentie veroorzaken. Concurrentie is toegestaan, zolang dit marktwerking bevordert.
Wat wordt hiermee bedoeld?
Punt 7: Een dynamisch tariefbeleid, mag wat ons betreft niet leiden tot het mijden van de haven door de bruine vloot.
Voorzitter samenvattend: punt 1 zijn wij het grotendeels mee eens, met uitzondering van een insteekhaven in de werkhaven. Incidenteel kan een vrachtboot, in overleg met de havenmeester best daar afmeren, zoals ook nu al gebeurt.
Punt 2: Akkoord. Alles uiteraard in goed overleg met gebruikers.
Punt 3: niet akkoord met voorgesteld scenario over indeling haventerrein. Nog eens goed naar kijken en overleggen met Doeksen en Rijkswaterstaat. Ga uit van een blanco situatie en wat is het beste dan voor de komende 30-50 jaar.
Punt 4: akkoord met toevoeging “zoveel mogelijk”.
Punt 5: niet akkoord zoals het er nu staat.
Punt 6 eerst duidelijkheid over betekenis.
Punt7: eerst onderzoeken hoe duur wij tov andere havens zijn. En mag niet leiden tot het mijden van ons eiland.